Kinderboeken

Stimuleer de taalontwikkeling voor baby of kind.

Lees meer over: "Boeken"

Voorlezen stimuleert de taalontwikkeling van je kind. Je kind maakt kennis met nieuwe onderwerpen en nieuwe woorden. Ook staat er in boeken vaak beschreven wat iemand denkt en voelt. Die verhalen geven kinderen inzicht in wat zich afspeelt in je hoofd. Babyboekjes en kinderboekjes helpen om over dit soort onderwerpen te praten. Door verhalen te horen leert je kind ook hoe een verhaal is opgebouwd en zo leert het later zelf verhalen vertellen en informatie uit een verhaal halen. 

Wanneer beginnen met voorlezen?

Vanaf ongeveer vier maanden kun je je baby al babyboekjes voorlezen. Bij jonge kinderen benoem je vooral wat je op de plaatjes ziet. Als je kind iets aanwijst, kun je vertellen wat dat is en er nog iets aan toevoegen: 'Kijk daar, een eend! De eend zegt kwak, kwak, kwak.' Door herhalingen leren kinderen welk woord bij het plaatje hoort. Door het woord in een kort zinnetje te gebruiken, ontwikkelt je kind gevoel voor grammatica. En door er iets meer bij te vertellen, help je je kind zijn woordenschat en woordkennis te vergroten. 

Tips

  • Volg je kind. Laat je kind in een babyboekje of kinderboekje kijken en ga in op wat je kind zegt of doet.  
  • Als een verhaal nog te moeilijk of te lang is voor je kind, vertel het verhaal dan in eigen woorden. Of kijk alleen samen naar de plaatjes en praat daarover.
  • Wijs in het babyboekje of kinderboekje naar de plaatjes waar je het over hebt. De afbeelding helpt om de taal te gaan begrijpen. Ook kun je het verhaal uitbeelden of voorwerpen in huis aanwijzen die in het boek staan.
  • Jonge kinderen vinden herhaling vaak fijn. Sommige boekjes ken je na een tijdje uit je hoofd. Je kunt steeds iets nieuws erbij vertellen of het gewoon nóg een keer lezen.   
  • Stel je kind vragen. Waar is het paard? Wat doet hij nou? Waarom zou het paard dat nou doen?